Lees deze FAQ-pagina. Als u de benodigde informatie hier niet vindt, of als u meer informatie wilt, kijk dan eens op een van deze pagina’s:
Hier volgt een overzicht van organisaties:
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Jules Verne werd geboren op 8 februari 1828 op het eiland Feydeau in Nantes, Frankrijk. Zijn volledige naam was Jules Gabriel Verne, en hij was de oudste van de vijf kinderen uit het huwelijk van zijn vader Pierre Verne, een Parijse advocaat uit een geslacht van juristen, en zijn moeder Sophie Allotte de la Fuÿe, van Bretonse en Schotse afstamming. Na Jules volgden Paul in 1829, en drie meisjes: Anna (1836), Mathilde (1839) en Marie (1842).
Noch zijn vader, Pierre Verne, noch zijn moeder, Sophie Allotte de la Fuÿe, had een bijzondere aanleg voor literatuur. Het is bekend dat Pierre Verne in zijn jeugd enkele liedjes heeft geschreven, maar hij zocht de publiciteit niet op. Zijn liedjes werden alleen in familiekring gezongen, en een klein aantal werd gedrukt. Pierre Verne stuurde zijn zoon naar Parijs om rechten te studeren, met het doel het kantoor in Nantes over te nemen. Hij wilde dat zijn zoon advocaat werd, geen schrijver.
Verne heeft veel geschreven in zijn jeugd: gedichten (een groot aantal), korte verhalen, toneelstukken en liedjes. De meeste teksten verschenen in een tijdschrift dat in Parijs werd uitgegeven: het Musée des familles. Enkele jaren later, toen Verne beroemd was, werden veel van deze korte verhalen - uitgekozen door zijn uitgever - opgenomen in de serie romans. Verder werd onlangs een bundel gedichten en liedjes uitgegeven.
Jules Verne was al 35 jaar oud toen zijn eerste roman, Vijf weken in een luchtballon, in januari 1863 werd uitgegeven. Hij had de roman geschreven in 1862, en het manuscript aan verscheidene Parijse uitgevers voorgelegd. Na een paar dagen trof hij Jules Hetzel, een van de bekendste uitgevers van die tijd. Verne gaf de roman, toen nog Un voyage dans les airs getiteld, aan Hetzel, die de nodige veranderingen voorstelde om het manuscript geschikt te maken voor publicatie. De roman was een groot succes. Verne had een nieuw gebied betreden: aardrijkskunde en wetenschap in de literatuur.
Ja, hij was getrouwd. De naam van zijn vrouw was Honorine Deviane (haar meisjesnaam was Morel). Zij was een weduwe met twee dochters. Op 20 mei 1856 was Verne in Amiens op de bruiloft van een vriend. Daar ontmoette hij Honorine, en acht maanden later, op 10 januari 1857, trouwden ze. Het jonge stel ging in Parijs wonen, waar ze enkele jaren bleven. Vier jaar later, op 3 augustus 1861, werd Verne’s enige kind Michel geboren.
In 1859 maakte hij een reis naar Engeland en Schotland, samen met zijn vriend Aristide Hignard. De route was: Bordeaux, Liverpool, Edinburgh, Schotland, Londen. De onlangs verschenen roman Voyage à reculons was gebaseerd op deze reis.
In 1861 ging Jules Verne naar Scandinavië, voornamelijk naar Noorwegen en Denemarken, weer met Hignard. Terwijl hij weg was, werd zijn zoon Michel geboren.
In 1867 scheepten Jules Verne en zijn broer Paul zich in op de Great-Eastern, voor een reis naar de Verenigde Staten. Ze brachten slechts een paar dagen door in Amerika, waar ze New York en de Niagara-watervallen bezochten. De indrukken die Jules Verne op deze reis opdeed, verwerkte hij in zijn roman Een drijvende stad.
In 1872 bezocht hij Londen en Woolwich.
Tussen 1871 en 1873 bezocht hij Jersey, Guernsey en Sark (op uitnodiging van Hetzel).
In 1876 maakte hij een tocht naar de Engelse kust.
In 1878 maakte Verne een grote tocht op zijn jacht Saint-Michel III. Hij bezocht Lissabon, Tanger, Gibraltar en Algiers.
In 1879 zeilde hij, weer met de Saint-Michel III, naar Engeland en Schotland. Hij bezocht Yarmouth, Edinburgh, Dover, de Hebriden, etc.
In 1880 ging hij naar Ierland, Schotland en Noorwegen.
In 1881 maakte hij een reis naar Nederland, Duitsland en Denemarken, met de Saint-Michel III. Paul Verne schreef over deze reis in het korte verhaal Van Rotterdam naar Kopenhagen.
In 1884 maakte Verne een tocht over de Middellandse Zee met zijn Saint-Michel III. Hij bezocht o.a. Algerije, Malta, Italië.
In 1887 maakte Verne een tournee door België en Nederland, waar hij zijn korte verhaal De familie Raton voorlas.
Saint Michel III
Jules Verne bracht zijn jeugd door op het eiland Feydeau in Nantes. Zijn familie had ook een huis in Chantenay, in de buurt van de stad. In 1847 ging hij naar Parijs om rechten te studeren. Na zijn huwelijk woonde Jules Verne met zijn gezin enige jaren in Parijs; daarna verhuisde hij naar Auteuil (nu een district van Parijs) en later naar Le Crotoy. In 1871 vestigde Jules Verne zich in Amiens, waar hij de rest van zijn leven bleef wonen: eerst op Boulevard Guyencourt 23 (1871-1873), later op Boulevard Longueville 44 (1873-1882), Rue Charles-Dubois 2 (1882-1900) en uiteindelijk weer aan de Boulevard Longueville tot zijn dood in 1905. |
Rue Charles-Dubois 2 |
In 1888 werd Jules Verne gekozen in de gemeenteraad van Amiens. Hij hield zich in het bijzonder bezig met culturele zaken, zoals theaters, scholen en stedelijke ontwikkeling. Hij wijdde het Gemeentelijk Circus in in 1889. Verne werd herkozen in 1892, 1896 en 1900. |
Gemeentelijk Circus |
Hier is een lijst van machines en uitvindingen die in Verne’s boeken beschreven worden:
Hier is een lijst van deze ‘onechte voorspellingen’. We leggen ook uit waarom elk van deze 'voorspellingen' niet op de vorige lijst staat.
Jules Verne schreef dit boek in 1863. Hij gaf het manuscript aan Hetzel, maar deze weigerde het uit te geven. Hij vertelde Verne dat deze roman zo pessimistisch was, dat de publicatie ervan een ramp zou zijn voor Verne’s reputatie als schrijver. Dat was de reden waarom Hetzel het boek niet uitgaf. Verne borg het manuscript op bij zijn papieren. De Verne-experts wisten dat het moest bestaan, maar niet waar het was. In 1990 werd het manuscript bij toeval gevonden door Verne’s achterkleinzoon. Het had al die tijd in een brandkast van Michel Verne gelegen, waarvan iedereen dacht dat hij leeg was. Ook was de sleutel kwijt. In 1994 werd het boek gepubliceerd door Hachette, en het was direct een groot succes. |
|
Het was de uitgever Jules Hetzel die deze naam aan de serie gaf. Drie romans waren al verschenen, met groot succes, en Hetzel kwam op het idee de hele serie een naam te geven. In het voorwoord bij Reizen en lotgevallen van kapitein Hatteras schreef Hetzel dat het doel van Verne’s Wonderreizen was “alle geografische, geologische, fysische en astronomische kennis, vergaard door de moderne wetenschap, te beschrijven, en in een vermakelijke en beeldende vorm de geschiedenis van het Universum opnieuw te vertellen.”
Strikt gesproken is de eerste roman die deze titel droeg Reizen en lotgevallen van kapitein Hatteras, aangezien Hetzel de naam Wonderreizen voor het eerst gebruikte toen deze roman werd uitgegeven.
Phileas Fogg begon zijn reis om de wereld op 2 oktober 1872. Hij verliet Londen om 20.45, en reisde naar het oosten. Na zijn reis om de wereld dacht Phileas dat hij terugkeerde in Londen op 21 december, om 20.50. Dat wil zeggen, vijf minuten te laat; de weddenschap was verloren. Uiteindelijk ontdekte Fogg dat hij in werkelijkheid op 20 december was aangekomen, dus na 79 dagen, zodat hij zijn weddenschap had gewonnen! De verklaring is dat Phileas Fogg, zonder zich ervan bewust te zijn, een dag had gewonnen doordat hij steeds naar het oosten reisde. Voor elke lengtegraad die hij passeerde, won hij 4 minuten. Dus na 360 graden was dat 360 x 4 = 1440 minuten ofwel 24 uur.
De twee beroemdste titels zijn Twintigduizend mijlen onder zee en De reis om de wereld in 80 dagen. Deze boeken zijn verfilmd, er zijn toneelstukken en televisieseries van gemaakt, en ze zijn in vele talen wereldwijd uitgegeven; nog steeds verschijnen er nieuwe edities.
Jules Verne schreef vooral avonturenverhalen, Wells schreef science fiction. Wells is de ware “vader van de SF”. Verne’s beschrijvingen van machines e.d. zijn gebaseerd op kennis die in zijn tijd beschikbaar was; hij werkte deze ideeën verder uit. Verne legt zijn uitvindingen goed uit, met veel details. Wells daarentegen bedacht machines die niet gebaseerd waren op technische realiteit. Hij gebruikte materialen die niet bestaan, en de verschijnselen die optreden worden niet echt uitgelegd. Ze zijn slechts science fiction.
Toen Verne eenmaal een succesvol schrijver was, kreeg hij te maken met met aanvallen van minder succesvolle schrijvers. De eerste, Edouard Cadol, beweerde de mede-auteur te zijn van De reis om de wereld in 80 dagen. Dit berustte op een korte en weinig succesvolle samenwerking bij het maken van een opzet voor een toneelstuk, voordat de roman werd gepubliceerd. Uiteindelijk kwam het niet tot een rechtszaak, maar Cadol kreeg evenveel rechten op het toneelstuk als Verne zelf.
Na het verschijnen van Naar het middelpunt der aarde werd Jules Verne aangeklaagd door Léon Delmas, die enkele korte verhalen had geschreven onder het pseudoniem René de Pont-Jest. Hij beschuldigde Verne van plagiaat van zijn novelle La tête de Mimer. Deze novelle was verschenen in een tijdschrift dat Verne nooit gelezen had. De letterdieverij berustte eenvoudig op een toevallige overeenkomst tussen beide verhalen. Pont-Jest had geschreven over de schaduw van de maan, Verne over die van de zon. Het proces vond plaats in 1877 en Verne werd vrijgesproken.
In Voor de vaderlandse vlag (De gevaarlijke uitvinding), geschreven in 1897, beschrijft Verne de uitvinder Thomas Roch, een personage dat gebaseerd was op de Franse chemicus Eugène Turpin, de uitvinder van het explosief meliniet. Roch had in 1885 geprobeerd dit meliniet aan de Franse regering te verkopen, maar de regering had geweigerd. In de roman krijgt Roch een zenuwinzinking nadat verschillende naties hebben geweigerd zijn uitvinding te kopen. In zijn correspondentie met zijn broer Paul heeft Verne het regelmatig over “de Turpin”, waarmee hij zijn personage Roch bedoelt, of de roman. Verne’s Roch leek erg veel op Turpin. Turpin daagde Verne voor het gerecht; Verne’s advocaat was Raymond Poincaré. Uiteindelijk werd Verne onschuldig bevonden. Echter, een brief van Jules aan Paul Verne lijkt erop te wijzen dat Roch inderdaad gebaseerd was op Turpin.
In 1864 publiceerde Verne een artikel in vier hoofdstukken, getiteld Edgar Poe en zijn werk. Dit artikel verscheen in het tijdschrift Musée des familles. In dit artikel maakt Verne een analyse van het werk van de beroemde Amerikaanse schrijver Edgar Allan Poe. Verne was enthousiast over Poe’s werk: zijn roman De ijssfinx is een vervolg op Poe’s Arthur Gordon Pym, en men denkt ook dat Poe’s verhaal Drie zondagen in een week de inspiratiebron vormde voor De reis om de wereld in 80 dagen. Verder zijn de cryptogrammen of geheime boodschappen in romans als Naar het middelpunt der aarde, Een vlotreis en zelfs De kinderen van kapitein Grant wellicht geïnspireerd op Poe’s De gouden kever.
De film Voyage dans la Lune (1902) van Georges Méliès was gebaseerd op Verne’s De reis naar de maan, dat daarmee als eerste roman van Verne werd verfilmd.
Dat weten we niet. De waarde kan variëren. Het hangt van veel factoren af: de staat waarin het boek verkeert, de uitgave, etc... Verder is een oud boek zelden een eerste druk. Termen als ‘eerste uitgave’ en ‘origineel’ hebben een zeer precieze betekenis. Een ‘originele uitgave’ van een boek van Verne is bijvoorbeeld niet hetzelfde als de ‘eerste geïllustreerde uitgave’. Voor een taxatie raden we u aan een antiquaar te raadplegen.
Nee. Deze handtekening werd gereproduceerd in alle exemplaren van deze roman, in de originele uitgave. Alle in-octavo geïllustreerde uitgaven bij Hetzel van Clovis Dardentor hebben Jules Verne’s handtekening op de eerste pagina staan. Hij droeg het boek op aan zijn drie kleinzoons.
Ja. Hij heeft samengewerkt met Adolphe d’Ennery, die enkele van zijn romans voor het toneel bewerkte. Hij heeft ook samengewerkt met Gabriel Marcel bij het schrijven van het Boek der reizen en ontdekkingen. Marcel was bibliothecaris in de Nationale Bibliotheek in Parijs. Verne sprak en las alleen maar Frans, en veel van de informatie die hij nodig had was in andere talen geschreven. Hij moest dus samenwerken met Marcel. Ze werkten ook samen aan La conquête économique et scientifique du globe, maar dit werk werd nooit voltooid. Verder wordt er wel gezegd dat Verne de roman De vondeling van het fregat Cynthia (deze behoort niet tot de Wonderreizen) in samenwerking met André Laurie schreef, maar onlangs is gebleken dat Verne de tekst alleen heeft nagekeken, en dat zijn naam voor de publiciteit werd toegevoegd. Eerder had Verne al twee manuscripten van André Laurie ingrijpend bewerkt. Deze teksten werden uitgegeven onder de naam van Verne: Eldorado en het monsterkanon van Staalstad en De Zuidster. Verne werkte samen met Théophile Lavallée toen deze zijn Géographie illustrée de la France et de ses colonies schreef. Lavallée overleed in 1866, en hij had alleen de inleiding geschreven. Hetzel vroeg Verne het werk te voltooien. Voor de volledigheid moeten we nog de vele gelegenheden noemen waarbij Verne hulp kreeg bij het schrijven van zijn romans. Sommige zijn bekend: zijn neef, de wiskundige Henri Garcet, deed de berekeningen voor De reis naar de maan, en de ingenieur Albert Badoureau hielp bij het schrijven van Een schot in de lucht. Paul Verne, de broer van Jules, hielp bij de romans over de zee. Uiteindelijk moet ook Hetzel gezien worden als medewerker. Hij las Verne’s manuscripten als eerste. De correspondentie tussen Verne en Hetzel, die op dit moment wordt uitgegeven, en de analyse van de originele manuscripten tonen aan dat Hetzel veel suggesties deed en af en toe veranderingen oplegde die het verhaal ingrijpend wijzigden.
Het is geen vergissing. Op het eerste gezicht lijkt het dat Verne een vergissing heeft gemaakt toen hij de gebeurtenissen in drie van zijn romans wilde koppelen: die uit De kinderen van kapitein Grant, Twintigduizend mijlen onder zee en Het geheimzinnige eiland. Het verhaal van De kinderen van kapitein Grant speelt zich af in 1864 en 1865. Aan het eind van het verhaal, in maart 1865, wordt Ayrton achtergelaten op een eiland. In Het geheimzinnige eiland vinden de gebeurtenissen plaats van 1865 tot 1869. In december 1866 vinden Cyrus Smith en zijn vrienden Ayrton. Deze zegt dat hij twaalf jaar geleden op zijn eiland was achtergelaten, dat wil zeggen in 1854. In Ayrton’s verhaal spelen de gebeurtenissen zich af in 1854 en 1855; hij werd op 18 maart 1855 achtergelaten. Dat is 10 jaar eerder dan de datum die in Kapitein Grant genoemd wordt. Aan het eind van Het geheimzinnige eiland vertelt Smith kapitein Nemo dat hij hem kent omdat hij het boek van professor Aronnax over de reis aan boord van de Nautilus heeft gelezen. Nemo zegt dat er 16 jaar zijn verstreken sinds de laatste man de Nautilus verliet. Dat brengt ons in 1853. Echter, de gebeurtenissen van Twintigduizend mijlen onder zee vinden plaats in 1866. De waarheid is dat Verne en Hetzel zich van deze paradox bewust waren en dat ze hem accepteerden. Er staan twee voetnoten in de originele Franse uitgave van Het geheimzinnige eiland, waarin de uitgever toegeeft dat er dicrepanties zijn met zowel De kinderen van kapitein Grant als Twintigduizend mijlen onder zee. De eerste noot staat in hoofdstuk XVII van deel 2. Hier vertelt Ayrton zijn verhaal aan Cyrus Smith. De voetnoot vermeldt dat deze gebeurtenissen beschreven worden in een eerdere roman getiteld De kinderen van kapitein Grant, en dat de lezer uiteindelijk zal begrijpen waarom de werkelijke data eerder niet gegeven konden worden. De tweede voetnoot staat in hoofdstuk XVI van deel 3. Hier vertelt Nemo zijn verhaal. De voetnoot maakt melding van de discrepantie tussen Twintigduizend mijlen onder zee en Het geheimzinnige eiland, en de lezer wordt verwezen naar de eerdere voetnoot in deel 2.